Carl Streutker: ‘Inzichten zorgen voor meer afvalscheiding’

Steeds meer gemeenten kiezen voor diftar, verzamelen data bij de afvalinzameling en digitaliseren containers met chips. Coördinator afvalinzameling Carl Streutker vertelt wat Gemeente de Wolden hebben gedaan en welk effect nu al zichtbaar is.

 

Carl Streutker

"Dat mensen zich bewust zijn van hoeveel afval ze produceren is een belangrijk neveneffect."

Carl Streutker, Coördinator afvalinzameling Gemeente de Wolden

‘In 2015 zijn we begonnen met het chippen van containers. Op datzelfde moment zijn wij begonnen met het inzamelen van plastic, blik en drinkpakken (pbd) in containers in plaats van zakken. De inzameling van pbd was een succes: het zorgde voor meer afvalscheiding en minder restafval. Met de chips wilden we meer controle krijgen op het uitstaande containerpark. Door gebruik te maken van de chips zijn alle ledigingen te zien in ons Container Management Systeem (CMS).

Invoering van containers

In 2018 zijn we gestart om niet-gechipte containers niet te legen. Hierdoor kregen we veel inwoners aan de lijn. Waar we normaal gesproken zo’n 30 tot 40 meldingen per week krijgen, liep dit aantal in die periode op naar 150 meldingen. Problemen met de invoering van de chip kwamen toen boven tafel. Ook bleken er veel huishoudens te zijn met meer containers dan we hadden geregistreerd. Een half jaar later hebben we ook onze nieuwe milieustraat geopend. De milieupassen zijn direct gekoppeld aan het CMS. Hierdoor hebben we nu per adres precies in beeld hoeveel containers er zijn en hoe vaak inwoners afval aanbieden.

Gestart met diftar

Sinds januari dit jaar werken we bovendien met gedifferentieerde tarieven, ook wel diftar genoemd. In het voorjaar 2022 krijgen inwoners voor het eerst een factuur voor hun restafval. Zetten ze de container minder vaak aan de straat, dan houden ze geld over. Inwoners kunnen de container elke drie weken aanbieden. We zien steeds vaker dat mensen dit nog slechts eens per zes of negen weken doen. Het aanbiedpercentage op restafval ligt gemiddeld rond de 45 procent en dat komt bij ons aardig overeen.

Inzicht in afval

De verzameling van data geeft ons zoveel meer inzicht. We kunnen nu zien waar er meer of minder afval wordt ingezameld. Nog niet op adresniveau maar wel op gebiedsniveau. Bij extra gft-inzameling in het voorjaar houden we de lokale verschillen goed in de gaten. Vooralsnog zijn de resultaten van alle vernieuwingen positief. Het percentage afvalscheiding is gestegen zoals verwacht. Op het moment zitten we nog ruim boven de 100 kilo restafval. Het realiseren van de VANG-doelstelling is een uitdaging doordat de thuissituatie voor veel mensen is veranderd. Bedrijfsafval verandert ineens in huisafval. Die trend zie je in heel Nederland.

Actueel inzicht

Het afvalinzamelingsvoertuig heeft leesapparatuur die communiceert met de server van PreZero. De gegevens worden eens per dag geactualiseerd. Dat is mooi, maar in de nabije toekomst willen we dat de data ieder uur worden geactualiseerd. Hierdoor kun je bijna iedere wagen volgen. Zo kunnen we op afstand precies aangeven of het inzamelvoertuig al is geweest of nog komt.

Inwoners hebben extra uitleg nodig

Het is een uitdaging om iedereen mee te krijgen. In 2018 waren niet alle inwoners even blij en ook de invoering van diftar zorgde voor wisselende reacties. Ondanks dat we er veel over hebben gecommuniceerd. We hebben daarom naast de huis-aan-huisbladen ook flyers verspreid. We zien dat inwoners extra uitleg nodig hebben, omdat het niet vanzelfsprekend is. Veel inwoners denken namelijk dat ze meer moeten gaan betalen. Maar de uitleg is simpel: minder restafval aanbieden is minder betalen.

Bewustwording creëren

Dat mensen zich bewust zijn van hoeveel afval ze produceren is een belangrijk neveneffect. Over de voorlopige resultaten zijn we ook erg tevreden, namelijk een daling in het restafval. In de eerste zeven maanden van 2020 hebben we met de huisvuilcontainers 1987 ton restafval ingezameld, bijna 284 ton per maand. Dit jaar is dat in de eerste zeven maanden zo’n 200 ton per maand. Het is een positieve ontwikkeling want dit is waar we het voor doen.’

Vergelijkbare artikelen